Dakar 2024

André Thewessen kruipt door oog van de naald in achtste etap...

André Thewessen kruipt door oog van de naald in achtste etap...

Met hangen en wurgen heeft André Thewessen maandag de achtste etappe van de Dakar Rally in Saoedi-Arabië alsnog tot een goed einde gebracht. Een kapotte versnellingsbak vlak voor de start zorgde voor vier uur oponthoud. Om 23.00 uur ’s avonds finishte de SSV-coureur van ATS Rally dan eindelijk de 678 kilometer lange rit van Al Duwadimi naar Hail.    “We reden 125 kilometer naar de start toe. Vijftien kilometer voor de start hebben we een nieuw riempje gemonteerd. Dat ging prima. Instappen, helmpjes op. We drukten op het gas en de SSV liep niet meer”, verwoordde Thewessen de consternatie aan het begin van de dag. Geblokkeerd “De gearbox was geblokkeerd. Wij aan het schakelen. Wij merkten dat als we hem in de achteruit zetten dat-ie dan alleen nog maar in de lage gearing ging. Dus grote problemen. We hebben de gearbox nagekeken en ik heb meteen de snelle service gebeld. Uiteindelijk heeft die ons naar de start gesleept. We zijn in low gearing over de start gereden bij onze starttijd. Dat haalden we nog net.” Het probleem van de versnellingsbak was op dat moment nog niet opgelost en de tijd liep inmiddels. “De snelle service heeft ons daarna voorzien van een nieuwe gearbox. Al met al heeft het vier uur vertraging opgeleverd. Dat is natuurlijk helemaal niet leuk. Zeker ook niet omdat we zo goed stonden qua klassering.” Kapotte aandrijfas Hoe het ook zij, uiteindelijk reed de BRP Can-AM Maverick XRS Turbo weer. “We hadden geen stof, maar in de duinen hebben we nog een aandrijfas kapot gehad. Konden we die weer eronderuit halen. Die hadden we al eronderuit gehaald om de bak te verwisselen.” Toen ook dat euvel verholpen was, konden Thewessen en zijn navigator Dmytro Tsyro zonder verdere problemen hun proef afmaken, al bleek de organisatie uiteindelijk wel nog een obstakel. “We hebben het duinenpakket afgemaakt. Daarna hadden we een verbinding van 175 kilometer. Toen moesten we het laatste deel starten, maar was er een discussie of we nog wel konden starten. Na aandringen zijn we dan toch kunnen starten en hebben we het hele parcours afgereden. We waren om 23.00 uur binnen. Alle waypoints binnen, geen strafpunten en binnen de tijd binnen.” En dus kan hij dinsdag de negende etappe toch als klassementsrijder rijden. “We zitten nog in de race. Hopelijk gaat het goed komen!”
Lees verder
Gebroken bladveer en hachelijk momentje in de achtste etappe...

Gebroken bladveer en hachelijk momentje in de achtste etappe...

De achtste etappe van 458 kilometer lang begon met mooie duinen. Niet zo moeilijk, maar wel stijl en hoog. Daarna kwamen er steeds meer snelle paden en stukken honkebonken voor gevorderden. Zo langzamerhand zullen het de laatste zandduinen zijn die op het programma staan. Vanaf nu meer stenenpaden en waarschijnlijk stukken waar je met volle snelheid overheen kan knallen.   Vandaag ging het weer super. Er was even een moment waarop de truck dreigde weg te zakken en kantelen, maar die ellende bleef het team gelukkig bespaard. Met een gebroken veerblad kunnen we voor het eerst een kwaaltje opnoemen van de robuuste truck. Natuurlijk was er eerder wat plastische chirurgie nodig, maar het is fantastisch hoe de rallytruck zich tot nu toe weet te houden.   Klaas Kwakkel, Tjeerd van Ballegooij en Gerrit Zuurmond zijn super blij dat er geen roze startnummer op destruct is gekomen. Die nummers zijn voor deelnemers die overgeheveld zijn naar de experience klasse. De klasse waar je geen medaille, maar spek en bonen kan winnen. Gelukkig zitten ze, na al het vage organisatorisch gedoe in de 48 uurs etappe, nog steeds in de reguliere race.   Morgen wachten een proef van 436 kilometer. We keren zo langzamerhand weer terug naar Yanbu, maar het blijven uitdagende rallydagen. Rainbow Truck Team blijft het dag bij dag te bekijken. Finishen is het grote doel.
Lees verder
Gert Huzink toont topsnelheid in monstersprint tijdens slotf...

Gert Huzink toont topsnelheid in monstersprint tijdens slotf...

Met een monstersprint in de laatste fase van de achtste etappe van de Dakar Rally kwam Gert Huzink maandag nog héél dicht bij zijn doel. De truck-coureur van het Jongbloed Dakar Team kwam uiteindelijk achttien seconden tekort om nog vijfde te worden, maar met de snelheid van de Renault C40 Hybrid zit het wel snor, zoveel is zeker. En dus kon hij goedgeluimd naar bed.   Want dinsdag mag hij als zesde starten. Voorin dus. En dat is een flink voordeel weet de ervaren Huzink. “Ons doel is nog een dagoverwinning te pakken”, toonde hij zich ambitieus in het Saoedische bivak van Hail. “Dat is moeilijk als je achterin moet starten. Dan is de proef te veel kapotgereden om nog met de snelsten mee te kunnen. Morgen moet het dus beter kunnen.” Want dat van die kapotgereden proef speelde hem maandag parten. Al zat het hem ook in de beginfase van de 678 kilometer lange etappe van Al Duwadimi naar Hail. “We begonnen iets te rustig”, bekende Huzink. “In het zanderige verloren we direct een beetje tijd. Dat hebben we later wel weer goed gemaakt. We zijn de duinen redelijk goed doorgekomen zonder risico te nemen.” Mooie, zanderige proef “Het was een mooie, zanderige proef waar van alles in zat. Ook technisch, met hoge duinen waar je een keuze moest maken: in één keer naar boven rammen of links of rechts via een ommetje. We hebben de meeste duinen wel rechtstreeks genomen. Ik zat in een mooi ritme voor mijn gevoel. In een snel ritme.” Maar toen Huzink zijn tijd hoorde bij de eerste break viel hem die wat tegen. “We stonden zeven minuten achter. Dat kwam omdat ik te rustig was te begonnen. Daarna moesten we weer door het zand. Dat was niet echt moeilijk, maar als je de verkeerde keuze maakte, kon je wel tijd verliezen. Bij de tweede break moesten we nog 110 kilometer.” Geen ‘oeioei-momentjes’ Huzink, zijn navigator Rob Buursen en monteur Martin Roesink wilden per se voorin finishen om dinsdag voorin te kunnen starten. “We hadden tien minuten achterstand op de nummer vijf, Vick Versteijnen. Die achterstand ongedaan maken, was eigenlijk onhaalbaar. We zeiden in de cabine: we doen alles of niks. Op achttien seconden na is dat gelukt.” Tijdens de laatste honderd kilometer reed Huzink ‘extreem hard’. “We zaten meer op de limiet, maar we hebben geen ‘oeioei-momentjes’ gehad. Uiteindelijk kwamen nog net als zesde over de finish.” Die vijfde plek is dan net niet gelukt, hij start dinsdag mooi wel voorin. “Vol goede moed gaan we weer van start!”
Lees verder
Stefan Carmans bedwingt ook de moeilijkste duinen en finisht...

Stefan Carmans bedwingt ook de moeilijkste duinen en finisht...

Die ene week opleiding in de huizenhoge duinen van Namibië bleek achteraf een uitstekende keuze, erkende Stefan Carmans maandag na de pittige achtste etappe in de Dakar Rally. De autocoureur van CSA Racing kwam in het Saoedische Hail als 52ste binnen na duinen van honderden meters hoog te hebben getrotseerd.   “Het is een toffe dag geweest”, sprak hij opgewekt. “We hebben voor het eerst deze rally de zandplaten moeten gebruiken omdat we op een duin vast zaten. Maar daar waren we snel weer uit. Het heeft ons maar vijf minuten gekost. We waren nog bij daglicht binnen.” Heuveltjes Hoewel het een etappe was die qua landschap uit verschillende delen bestond, was het 170 kilometer lange duinenstuk aan het begin van de special het meest uitdagende, vond Dakar-debutant Carmans. “Ik heb ook in Marokko gereden, maar de Marokkaanse duinen zijn totaal anders dan hier. Daar zijn het maar heuveltjes. Hier zijn ze zo hoog als een flatgebouw. Driehonderd, vierhonderd meter hoog.” Niettemin haalde hij maandag zonder grote problemen de finish van de achtste etappe. Tot dusver gaat het ogenschijnlijk allemaal van een leien dakje voor Carmans. Maar hij bekende in het bivak dat hij wat blij was dat hij in Namibië een opleiding van een week had gevolgd om door een ontzagwekkend duinenterrein te kunnen rijden. Duinen aanvallen “De duinen die ik in Namibië heb gezien zijn vergelijkbaar met de duinen die ik vandaag heb gezien. “In Namibië hebben mensen die veel ervaring hadden met die duinen me geleerd hoe je ze moet aanvallen. Die opleiding heb ik daar gedaan om niet onbezonnen aan de Dakar te beginnen. Als ik die opleiding niet had gedaan, was ik uit de wedstrijd geweest.” Na het lange duinenstuk was er een verbindingsrit en daarna was het landschap ‘totaal verschillend’, had Carmans ervaren. “In het begin waren het heel snelle pistes waar we 150, 160 konden rijden. Op het eind hadden we veel rotsen, keien, gaten, bulten. Ongelijk terrein. In de laatste 15 kilometer hadden we redelijk frustrerend veel rotsen. Dat ruwe terrein vind ik maar niks. Je wordt voortdurend door elkaar gerammeld. De auto krijgt klappen en die krijg je op je lichaam.” Pijn in de rug Veel had hij er niet aan overgehouden. “Alleen af en toe een beetje pijn in de rug. Maar op een gegeven moment pas je je rijstijl aan het terrein aan.” Zo had hij de etappe dus tot een goed einde gebracht. “Gelukkig geen problemen net de auto. Met de navigatie maakten we af en toe een klein foutje, maar dat zal iedereen wel gehad hebben. En nog altijd geen lekke banden.” Zodoende concludeerde Carmans dat hij ‘niet mag klagen op dit moment’. “Ik hoor van andere deelnemers die vaker Dakar hebben gereden dat deze wordt genoteerd als één van de zwaarste Dakars.” Carmans nam het ter kennisgeving aan. Als debutant kon hij immers niet vergelijken. “Ik heb een goede auto en ik heb rij-ervaring. Meer heb ik niet. Ik moest het ermee doen, en daarmee is het weer gelukt.”
Lees verder
Maik Willems overleeft duinen in listige achtste etappe Daka...

Maik Willems overleeft duinen in listige achtste etappe Daka...

Een listige etappe met een positieve uitkomst voor Maik Willems. De coureur van het Bastion Hotels Dakar Team eindigde de achtste etappe van de Dakar Rally maandag als 42ste bij de auto’s. Hij concludeerde tevreden dat hij een probleemloze rit in de Saoedische natuur achter de rug had.   “De etappe bestond uit twee delen. Het eerste stuk was feitelijk een duinenetappe van 160, 170 kilometer lang en het tweede deel stenen en keien”, blikte Willems terug op de 678 kilometer lange rit van Al Duwadimi naar Hail. Moeilijke en makkelijke duinen “We hadden moeilijke en makkelijke duinen met een aantal heel steile ertussen, waar heel veel mensen terug moesten voor een tweede of derde poging. En dan waren er ook nog duinen waar je boven een plateau had richting de volgende duin. Het barstte ervan daar. Maar we zijn ze allemaal goed doorgekomen.” Om ook deze achtste etappe zonder akkefietjes door te komen had hij het rustig aan gedaan, zei de hotelondernemer. Hij had er ondanks (of misschien wel dankzij?) de zware fysieke inspanning van genoten. “Het was een bijzonder landschap met heel ronde duinen. En af en toe een bijzonder steile afdaling van 100 tot wel 200 meter. Dan mag je de remmen niet aanraken want anders ga je over de kop. De afgelopen week hadden we veel meer van die hoekige dingen.” Twee uitersten Willems vond het mooi dat hij in zijn Toyota Hilux op dezelfde dag twee uitersten kreeg gepresenteerd. “Van de duinen gingen we binnen een paar kilometer naar de stenen. Je kon het landschap zien veranderen. Dus daar was het banden sparen. Maar de auto heeft zich perfect gehouden. We hadden geen lekke banden. Die Toyota is een perfect ding.” Zodoende kon hij monter concluderen dat zijn tiende Dakar Rally vooralsnog uitermate voorspoedig blijft verlopen. Willems is nog nooit echt in de problemen gekomen. “Het gaat ook goed. Maar de auto kan het morgen begeven. Daarin moet je realistisch zijn. We hebben nog een kwart te gaan. De etappes zijn op dit moment echt erg lang, zoals het vijf jaar geleden voor het laatst was.” Ook dinsdag wacht hem een lange etappe. Die beslaat 639 kilometer waarvan 417 kilometer special. De rally-karavaan zet dan koers naar Alula, waar de wedstrijd op 5 januari is gestart. “Ja, we kunnen aan de bak, morgen!”
Lees verder
Gert Huzink lacht, baalt, en lacht weer in Dakar Rally

Gert Huzink lacht, baalt, en lacht weer in Dakar Rally

De langste etappe van deze Dakar Rally (873 kilometer) begon zondag goed voor Gert Huzink en eindigde minder. Maar in het Saoedische bivak in Al Duwadimi kon de truck-coureur van het Jongbloed Dakar Team toch met een lach op het gelaat de bedstede opzoeken. Hoe dat zat? Wel, later op de avond kreeg hij van organisator ASO te horen dat ze hem samen met acht andere teams weer in het officiële wedstrijdklassement had opgenomen. Ondanks het missen van tal van waypoints tijdens de zesde etappe, de monsterrit over twee dagen die door het fabelachtige Empty Quarter voerde. Tevredenheid “Officieel doen we weer mee”, kon de coureur tot zijn tevredenheid melden. Waarom precies? “Dat weet ik niet.” Hij had er geen uitleg bij gekregen. Deerde hem ook niet. De boodschap was een prettige meevaller. Al wist hij ook wel dat het eindklassement geen doel meer is door de grote achterstand die hij met name tijdens de zesde achterstand had opgelopen.   De zevende etappe van zondag hielp wat dat betreft ook niet, ondanks de prettige mededeling van de organisatie. “Het begon met een rotsige proef, echt veel stenen. Veel stof ook. Maar we zaten er in het begin goed bij qua tijd”, blikte Huzink terug. “Na verloop van tijd verloren we wat doordat we brandstofproblemen hadden. Een leiding was geknikt en hadden we geen vermogen meer. Het duurde een uur voordat we dat hadden opgelost.” Pikkedonker Het gevolg was dat hij in het pikkedonker door de duinen moest. “Het was niet gemakkelijk, het waren zware duinen. We hebben nog een paar vrachtwagens die vaststonden geholpen en een paar auto’s losgetrokken.” Ook zijn eigen Renault-truck bleef niet gevrijwaard van averij. “Op een gegeven moment brak een reactiestang af, dus moesten we rustig rijden, anders liepen we kans op een gebroken vooras. Er moest dus even een tandje af.” En dan was er nog het navigeren met het licht van de truck als enige ondersteuning. “Het was heel lastig navigeren in het donker en er was ook heel veel stof. We hebben een paar keer hetzelfde paadje opnieuw moeten beginnen. Het was geen gelukkige dag voor ons. Uiteindelijk hebben we te veel tijd verloren door die akkefietjes.” Groot nadeel Een groot nadeel daarvan is dat Huzink morgen achterin moet starten. “Dat wordt weer hard werken. Ik had vanmorgen veel trucks ingehaald, maar als je zelf problemen krijgt lever je alles weer in.” Wie weet kan hij maandag tijdens de achtste etappe zelf uit de problemen blijven. Wie weet ligt er dan een mooie daguitslag in het verschiet…
Lees verder
Stefan Carmans ziet flink af, maar brengt auto zonder schade...

Stefan Carmans ziet flink af, maar brengt auto zonder schade...

Ook de langste etappe van de 46ste Dakar Rally overleefde Stefan Carmans zonder noemenswaardige problemen. Toch was het woord ‘overleven’ passend om de omstandigheden van de zevende etappe in de Saoedische woestijn te duiden. De autocoureur van CSA Racing noemde het de zwaarste rit tot dusver. “Die special was niet de makkelijkste”, sprak hij ietwat eufemistisch over de maar liefst 873 kilometer lange etappe van de Saoedische hoofdstad Riyad naar Al Duwadimi. “We hebben serieus moeten rijden. We hebben een paar navigatiefouten gemaakt veel tijd verloren, en nog in het donker gereden. We hebben geen goede dag gehad.” Euforisch gevoel Tegelijkertijd kon hij tevreden concluderen dat hij ook tijdens de zevende etappe geen problemen heeft gehad met zijn Red-Lined REVO+. Al maakte dat niet alles goed, bekende hij. “Na het Empty Quarter had ik op de rustdag euforisch gevoel: we zijn halfweg en het Emtpy Quarter overleefd. Maar op een dag als vandaag is dat heel snel vergeten. De Dakar stopt niet, die gaat verder. De ritten worden niet minder. De organisatie zal ons nog zware etappes voorschotelen.” En daar hoorde de zevende etappe dus zeker bij. Maar liefst 485 kilometers aan special met ‘zeker zeventig, tachtig kilometer duinen’, zo wist Carmans. “Ik dacht op een gegeven moment: ik ben terug in het Empty Quarter, want we zaten zo lang in de duinen. Dan gaat het tempo omlaag. Daardoor hebben we uiteindelijk tachtig kilometer in het donker moeten rijden.” Uitdaging op zich Dat was een uitdaging op zich, zo werd al snel duidelijk. “Daardoor kwamen we in de knoei met de navigatie. We zijn de etappe toch nog goed doorgeraakt, maar het was een zware dag. Voor mij was dit de zwaarste dag van allemaal. Ik ben blij dat ik binnen ben. Verder denk ik er niet zo over na. Morgenvroeg mogen we op tijd vertrekken. We zijn over de helft, nog vijf dagen. We zijn nu aan het aftellen.”
Lees verder
André Thewessen pakt dertiende plek in daguitslag SSV-klasse...

André Thewessen pakt dertiende plek in daguitslag SSV-klasse...

Zwaar was-ie zeker, en ontiegelijk lang, maar André Thewessen kende een uitstekende zevende etappe van de 46ste Dakar Rally. De SSV-coureur van ATS Rally kwam zondag fysiek ‘kapot’ aan de finish en noteerde en passant een keurige dertiende tijd in zijn klasse. En dan te bedenken dat hij nog tien minuten verloor door een oponthoud waar vermoedelijk zeer weinig Dakaristen mee te hebben hebben gehad.   Om dat laatste maar meteen te duiden: Thewessen verloor die tijd omdat hij, jawel, zijn bril niet kon vinden. “Ik rijd overdag altijd met een zonnebril, maar toen het donker werd, wilde ik mijn gewone bril opzetten. Ik kon hem niet vinden”, legde hij uit. “Ik heb de auto stilgezet en de bril gezocht. Uiteindelijk bleek-ie onder mijn stoel te liggen. Morgen stop ik hem in een mapje in de deur. Dat gaat me niet meer gebeuren.” Eenmaal weer scherpziend was het weer volgas voorwaarts. En hoe. “We hebben ongeveer honderd kilometer in het donker gereden. Ik rijd in het donker niet veel minder dan overdag. Ik kon best goed knallen. We hebben nog vier man ingehaald. Dat was op zich wel leuk. Op het laatste moment hadden we een sectie die ik me kon herinneren van twee jaar geleden.” Enorm lange etappe Behalve door een bril die zoek was, werden Thewessen en zijn navigator Dmytro Tsyro zondag ook uitgedaagd door een enorm lange etappe van 873 kilometer, waarvan 483 special. “De eerste 250 kilometer hebben we over de weg moeten rijden tot aan de start. Die heeft Dmytro gereden. Zo kon ik fris beginnen aan de proef. Al met al ging het goed. Ook in de duinen.” Tsyro, navigator van beroep, was voor de verandering zelfs scheutig met complimenten. “Hij zei: good job, you’re driving much better than before. Daar ben ik wel blij mee. Hij wilde dat ik supervoorzichtig reed en dat heb ik gedaan. We kwamen nog langs een brandende SSV. We hoorden dat mensen dachten dat de onze in brand stond, maar die staat hier volledig intact in het bivak.” Andere moeilijkheid Thewessen kwam onderweg wel een andere moeilijkheid tegen. “We moesten achter de trucks starten. Dat geeft altijd problemen. Toen we er eenmaal voorbij waren, maakten we een navigatiefout en zaten de vrachtwagens weer voor ons”, constateerde hij tot zijn volmaakte droefenis. Dat resulteerde er uiteindelijk in dat ze een deel van de special in het donker moesten afleggen en de toestand met zijn bril een dingetje werd. “We zaten toen in de duinen.” Al met al was het een zware dag, erkende hij. “Ik ben kapot. Het was heel intensief. Ik heb nu echt slaap nodig voor morgen.” Voordat hij zijn bed opzocht, wilde hij graag zijn monteurs nog een groot compliment maken. Ze hebben topwerk geleverd. Dat hele ding is uit elkaar geweest. Ik ben dan altijd bang dat er iets niet goed teruggezet wordt, maar het is allemaal top gegaan.”
Lees verder
Maik Willems doet vertrouwen op tijdens langste etappe Dakar...

Maik Willems doet vertrouwen op tijdens langste etappe Dakar...

Maik Willems is met overtuiging de tweede week van de Dakar Rally in gedenderd. De autocoureur van het Bastion Hotels Dakar Team kwam zondag tijdens de zevende etappe van de fameuze woestijnrally als 46ste over de finish na een 873 kilometer lange rit, de langste van deze Dakar. En dat zonder ook maar enige problemen met zijn Toyota Hilux. “Het was een mooie Dakardag. De etappe was veel afwisselend. Alles zat erin, duinen, stenen, zand, rotsen”, zei Willems tevreden. “We hebben het redelijk gedaan. Het laatste halfuurtje hebben we in het donker gereden, maar het was geen moeilijke route.”   Eerder op de dag was die dat zeker wel geweest. “De navigatie was extreem moeilijk vandaag omdat er heel veel paden waren waaruit je kon kiezen. Dat vereiste de nodige aandacht.” En dan was er nog het ‘momentje’ met een andere deelnemer. Greppel “Een SSV voor ons donderde in een greppel midden in het racepad. Mensen sprongen voor onze auto en riepen: opzij, opzij, opzij! Wij boven op de rem, maar we konden redelijk snel weer verder. Daarna hebben we nog een Ford-fabrieksauto overeind getrokken, want die lag op zijn kop.” En zo hadden Willems en zijn navigator Robert van Pelt een enerverende start van de tweede week van de 46ste Dakar Rally. Die begon meteen een fikse opgave, want met 873 kilometer was het niet alleen de langste etappe, de 483 kilometer aan special was bovendien een uitputtingsslag. “Maar het ging wel”, zei Willems, die genoeg vertrouwen had opgedaan voor de resterende vijf dagen. “In de tweede week gaan we altijd beter rijden. Het is hier geweldig, het begint erop te lijken.” Krassen op het bodywork Wat zijn vertrouwen sterkte, is dat hij de etappe doorkwam zonder ook maar enige technische problemen. “Nee, geen bijzondere dingen. Alleen wat krassen op het bodywork. De mannen zijn nu druk bezig met de auto. Maar er zijn geen grote dingen aan.” De tactiek voor de komende dagen blijft dezelfde. “Gewoon rustig doorrijden, dan komt het goed.” Willems kan het weten, hij deed al negen keer eerder mee aan de Dakar. “Het gaat me nu gemakkelijker af.  Ik heb nu natuurlijk veel meer ervaring dan in het begin. Ik heb veel dingen al tig keer meegemaakt. Dan weet je nu wel hoe je erop moet reageren, wat je moet doen.” Zoals bij het dwingen van een steile duinpan. “Je weet dat als je in de duinen komt je rustig moet toeren. Je wordt daar een stuk beheerster in. Dat is het voordeel van ervaring.” Inmiddels staat Willems op een respectabele dertigste plek in het algemeen klassement bij de auto’s. “Dat ik nu dertigste sta, verbaast me niet echt. We zijn al een keer 24stegeworden in het eindklassement (in 2018, red.). Maar laten we maar eens kijken hoe we er over een weekje voorstaan!”
Lees verder
Maik Willems na zware monsteretappe Dakar Rally: “We zijn bo...

Maik Willems na zware monsteretappe Dakar Rally: “We zijn bo...

‘Idioot zwaar’ noemde Maik Willems de marathonetappe over twee dagen in het mythische Empty Quarter van Saoedi-Arabië. Zijn inspanningen in de Dakar Rally werden beloond met de 31ste plaats bij de auto’s, én met landschappen die ‘zo uit een documentaire van National Geographic’ leken te komen. Dat vertelde de coureur van het Bastion Hotels Dakar Team tijdens de rustdag in het bivak in Riyad. “Feitelijk ging het perfect. Het was een superrit”, blikte hij terug op de monsteretappe die was verdeeld over de donderdag en vrijdag. “De eerste dag was ontzettend pittig met ontzettend veel duinen. We zijn heel steil naar boven en weer naar beneden gereden, afgewisseld met rare plateaus. Daardoor moest je verder omhoog terwijl je vaart miste als je daar aankwam. Het was heel erg moeilijk.” Verraderlijke aangelegenheid Een duin in een rallyauto bedwingen is nu eenmaal een verraderlijke aangelegenheid, wist de ervaren Willems, die aan zijn tiende Dakar bezig is. “Een duin bestaat uit zand. Je moet vaart maken om erbovenop te komen. Bijna boven weet je niet wat er na de knik komt. Dus moet je er altijd vanuit gaan dat-ie stijl naar beneden gaat. Je moet dan in een splitsecond beslissen wat je moet doen. Het is geweldig balanceren.” Dat deed hij blijkbaar goed, want hij kende hoegenaamd geen problemen. Althans, op één akkefietje na. Willems: “Na vijftig, zestig kilometer kwamen we op de neus terecht. Het was een iets steilere duin dan ik verwacht had. Alle lampen waren aan gort.” Geen verlichting Dat lijkt niet onoverkomelijk, maar dat was het voor Willems en zijn navigator Robert van Pelt bijna wel geworden. Dat zit zo: “Je had tijdens de eerste dag vier bivakken waar je kon stoppen. Wij waren om 14.30 uur bij het eerste bivak. En we hadden dus geen verlichting. Als we in het donker kwamen te rijden zouden we het haasje zijn.” Toch waagde het duo erop, en het zette koers naar het tweede bivak. “Vijf minuten voordat het pikdonker was, waren we daar. Er hing daar een heel ouderwetse Dakar-sfeer. Het was wat oncomfortabel slapen, maar dat is maar een detail. We zijn vroeg naar bed gegaan en hebben genoten van een schitterende sterrenhemel.” Stervensmoeilijk De volgende dag kon hij om 6.45 uur starten en hij kwam om 12.30 uur al over de finish. “De eerste dag was stervensmoeilijk. Er is zo veel ellende geweest voor veel deelnemers. Maar we zijn op de 31ste plaats gefinisht. Daarmee waren we tevreden. En toen mochten we als toetje nog 850 kilometer naar Riyad rijden. Daar kwamen we aan om 0.30 uur.” “De etappe was idioot zwaar. Ik denk wel één van de zwaarste ooit. Al heb ik het in Peru nog weleens zwaarder meegemaakt. Maar dit was pittig, op het randje. Ik heb méér dan genoten. Het was een prachtige route. Technisch was-ie heel moeilijk. Maar qua omgeving was het alsof we door een film van National Geographic kwamen.” Even rustig aan Zaterdag kon hij het voor de verandering een dagje rustig aan doen. “De rustdag van vandaag is wel lekker. De monteurs zijn natuurlijk wel druk bezig. Het bodywork wordt gefikst en verder is er het normale technische onderhoud. Dan is-ie voor morgenochtend weer klaar.” Voor Willems persoonlijk hoefde een rustdag niet zo. “Ik rijd liever door. Dit breekt een beetje je ritme. Maar het is natuurlijk goed om de auto een keer helemaal goed na te lopen. Dan kunnen we goed de tweede week in.” Die begint zondag met de zevende etappe. Dan wacht een rit van 873 kilometer waarvan 483 kilometer special. “Het wordt een zware dag. Van de andere kant, veel kilometers moeten rijden zegt niet alles. Het gaat erom in welk tempo je die kunt rijden. Gelukkig mogen we relatief vroeg starten omdat we goed geëindigd zijn.” Hij keek er al naar uit, zo genoot hij tot dusver van deze Dakar.  “We zijn bofkonten.”
Lees verder