Stefan Carmans bedwingt ook de moeilijkste duinen en finisht ‘gewoon’ in Dakar Rally

Gepubliceerd op: 15-01-2024 19:52

Die ene week opleiding in de huizenhoge duinen van Namibië bleek achteraf een uitstekende keuze, erkende Stefan Carmans maandag na de pittige achtste etappe in de Dakar Rally. De autocoureur van CSA Racing kwam in het Saoedische Hail als 52ste binnen na duinen van honderden meters hoog te hebben getrotseerd.  

“Het is een toffe dag geweest”, sprak hij opgewekt. “We hebben voor het eerst deze rally de zandplaten moeten gebruiken omdat we op een duin vast zaten. Maar daar waren we snel weer uit. Het heeft ons maar vijf minuten gekost. We waren nog bij daglicht binnen.”

Heuveltjes

Hoewel het een etappe was die qua landschap uit verschillende delen bestond, was het 170 kilometer lange duinenstuk aan het begin van de special het meest uitdagende, vond Dakar-debutant Carmans. “Ik heb ook in Marokko gereden, maar de Marokkaanse duinen zijn totaal anders dan hier. Daar zijn het maar heuveltjes. Hier zijn ze zo hoog als een flatgebouw. Driehonderd, vierhonderd meter hoog.”

Niettemin haalde hij maandag zonder grote problemen de finish van de achtste etappe. Tot dusver gaat het ogenschijnlijk allemaal van een leien dakje voor Carmans. Maar hij bekende in het bivak dat hij wat blij was dat hij in Namibië een opleiding van een week had gevolgd om door een ontzagwekkend duinenterrein te kunnen rijden.

Duinen aanvallen

“De duinen die ik in Namibië heb gezien zijn vergelijkbaar met de duinen die ik vandaag heb gezien. “In Namibië hebben mensen die veel ervaring hadden met die duinen me geleerd hoe je ze moet aanvallen. Die opleiding heb ik daar gedaan om niet onbezonnen aan de Dakar te beginnen. Als ik die opleiding niet had gedaan, was ik uit de wedstrijd geweest.”

Na het lange duinenstuk was er een verbindingsrit en daarna was het landschap ‘totaal verschillend’, had Carmans ervaren. “In het begin waren het heel snelle pistes waar we 150, 160 konden rijden. Op het eind hadden we veel rotsen, keien, gaten, bulten. Ongelijk terrein. In de laatste 15 kilometer hadden we redelijk frustrerend veel rotsen. Dat ruwe terrein vind ik maar niks. Je wordt voortdurend door elkaar gerammeld. De auto krijgt klappen en die krijg je op je lichaam.”

Pijn in de rug

Veel had hij er niet aan overgehouden. “Alleen af en toe een beetje pijn in de rug. Maar op een gegeven moment pas je je rijstijl aan het terrein aan.” Zo had hij de etappe dus tot een goed einde gebracht. “Gelukkig geen problemen net de auto. Met de navigatie maakten we af en toe een klein foutje, maar dat zal iedereen wel gehad hebben. En nog altijd geen lekke banden.”

Zodoende concludeerde Carmans dat hij ‘niet mag klagen op dit moment’. “Ik hoor van andere deelnemers die vaker Dakar hebben gereden dat deze wordt genoteerd als één van de zwaarste Dakars.” Carmans nam het ter kennisgeving aan. Als debutant kon hij immers niet vergelijken. “Ik heb een goede auto en ik heb rij-ervaring. Meer heb ik niet. Ik moest het ermee doen, en daarmee is het weer gelukt.”

Vorige bericht

Maik Willems overleeft duinen in listige achtste etappe Dakar Rally

Een listige etappe met een positieve uitkomst voor Maik Willems. De coureur van het Bastion Hotels Dakar Team eindigde de achtste etappe van de Dakar Rally maandag als 42ste bij de auto’s. Hij concludeerde tevreden dat hij een probleemloze rit in de Saoedische natuur achter de rug had.   “De etappe bestond uit twee delen. Het eerste stuk was feitelijk een duinenetappe van 160, 170 kilometer lang en het tweede deel stenen en keien”, blikte Willems terug op de 678 kilometer lange rit van Al Duwadimi naar Hail. Moeilijke en makkelijke duinen “We hadden moeilijke en makkelijke duinen met een aantal heel steile ertussen, waar heel veel mensen terug moesten voor een tweede of derde poging. En dan waren er ook nog duinen waar je boven een plateau had richting de volgende duin. Het barstte ervan daar. Maar we zijn ze allemaal goed doorgekomen.” Om ook deze achtste etappe zonder akkefietjes door te komen had hij het rustig aan gedaan, zei de hotelondernemer. Hij had er ondanks (of misschien wel dankzij?) de zware fysieke inspanning van genoten. “Het was een bijzonder landschap met heel ronde duinen. En af en toe een bijzonder steile afdaling van 100 tot wel 200 meter. Dan mag je de remmen niet aanraken want anders ga je over de kop. De afgelopen week hadden we veel meer van die hoekige dingen.” Twee uitersten Willems vond het mooi dat hij in zijn Toyota Hilux op dezelfde dag twee uitersten kreeg gepresenteerd. “Van de duinen gingen we binnen een paar kilometer naar de stenen. Je kon het landschap zien veranderen. Dus daar was het banden sparen. Maar de auto heeft zich perfect gehouden. We hadden geen lekke banden. Die Toyota is een perfect ding.” Zodoende kon hij monter concluderen dat zijn tiende Dakar Rally vooralsnog uitermate voorspoedig blijft verlopen. Willems is nog nooit echt in de problemen gekomen. “Het gaat ook goed. Maar de auto kan het morgen begeven. Daarin moet je realistisch zijn. We hebben nog een kwart te gaan. De etappes zijn op dit moment echt erg lang, zoals het vijf jaar geleden voor het laatst was.” Ook dinsdag wacht hem een lange etappe. Die beslaat 639 kilometer waarvan 417 kilometer special. De rally-karavaan zet dan koers naar Alula, waar de wedstrijd op 5 januari is gestart. “Ja, we kunnen aan de bak, morgen!”
 
Lees verder