Snelle tweede etappe levert toch hier en daar problemen op

Gepubliceerd op: 18-04-2017 19:55

Voor de meeste auto’s was de tweede etappe van de Morocco Desert Challenge geen probleem. De route van Icht naar Foum Zguid ging over snelle paden met niet al te veel navigatie. De etappe werd gewonnen door Erwin Imschoot met een Toyota Hilux.

Nuno Matos (308): Koppositie kwijt, maar we zijn hier om te leren

De winnaar van de eerste dag verloor op de tweede dag veel tijd. De Portugees Nuno Matos ging in de eerste 100 kilometer nog ruim aan kop, maar moest die positie opgeven toen het rechtervoorwiel van de Opel eraf liep. “We hebben een uur op de assistentie gewacht en die hebben vervolgens een uur nodig gehad om het te repareren, maar helemaal goed konden ze het niet krijgen. We zijn op een sukkeldrafje door de rest van de etappe gereden. Die koppositie zijn we dus zeker kwijt, maar dat geeft niet. Wij zijn hier om te leren. Ik was al helemaal verrast dat we gisteren hadden gewonnen. Ik heb veel ervaring met baja’s, maar dit is mijn eerste woestijnrally. Dan reken je er ook niet op dat je meteen de eerste etappe wint, zeker niet nu ik van anderen met veel meer ervaring heb gehoord hoe zwaar het was.”

Tim Coronel (357): Het leek wel een maanlandschap

“Een lekker dagje”, beoordeelde Tim Coronel de tweede etappe van de Morocco Desert Challenge. “De omgeving was heel apart: het leek wel een maanlandschap. Je kon vandaag bijna de hele tijd vol gas, op een klein stukje met veel stenen na. Ik ben één keer even uit de bocht gevlogen – iets te enthousiast – en daar heb ik een lekke band aan overgehouden. Eigen schuld. Net als even 20 kilometer verkeerd rijden.”

Marc Lauwers (409): Met een vliegend tapijt over de bulten

Marc Lauwers is een van de meest ervaren mensen in de Morocco Desert Challenge. De Belg deed al rally’s op de motor, in de auto en de truck. Vorig jaar nog was hij navigator naast Igor Bouwens, die tweede werd bij de trucks. Nu is Lauwers aanwezig met een ssv. “Een nieuw speeltje voor mij. Voor deze rally heb ik er een proefrondje in gereden, dus de eerste etappe was min of meer de eerste keer. Ik weet dus ook nog niet wat de Can-Am allemaal kan, maar ik ben er tot nu toe zeer over te spreken. Over de bumpy piste van vandaag was het gelijk een vliegend tapijtje: je voelt er niks van. Ik wil er heel graag de duinen mee in, dus ik kijk bijzonder uit naar de volgende etappe.”

Op de stenen van zowel de eerste als de tweede etappe deed Lauwers het rustig aan. Toch reed hij een band kapot. “We hebben er maar één bij ons, dus ik ben zeker 10 procent langzamer naar de finish gereden. Ik had hier minstens een half uur eerder kunnen zijn”, zegt de Vlaming, om zich heen kijkend in het bivak op de uitgestrekte woestijnvlakte.

Eelco Bekker (315): Met een Porsche op sleeptouw over de finish

Het was best een koddig gezicht: een Toyota met een Porsche er achter. Agostini Rizzardi – van de Porsche – was er minder blij mee, Eelco Bekker – van de Toyota – zag er de humor wel van in. “Andersom was wellicht nog koddiger geweest.”

Bekker was Rizzardi 6 kilometer voor de finish tegengekomen in een oued. “Hij was bang dat hij alles kapot zou rijden als hij zelf verder ging, dus hebben we hem naar het bivak gesleept met een gangetje van 60.” Bekker was zelf ook niet ongeschonden uit de strijd gekomen. Na de eerste 100 kilometer kreeg de Toyota een lekke band. “Toen we de auto hadden opgekrikt om die te vervangen, vloog hij in brand. Het duurde even voor we het geblust hadden met de brandblusser en zand.” Later viel Bekker nog drie keer stil omdat de massa-schakelaar haperde. “Geen groot probleem, maar het kost je wel steeds je ritme en dat was op deze etappe wel belangrijk.”

Vorige bericht

Motorrijders hebben een snelle maar rustige dag

De tweede etappe van de Morocco Desert Challenge gaf de motorrijders een beetje een adempauze na het geweld van de eerste dag. De route van Icht naar Foum Zguid over 361 kilometer was ongeveer even lang, maar aanzienlijk sneller en minder moeilijk. Kim de Rycker noteerde zijn tweede dagzege. Maikel Verkade (105): Het was een snelweg “Er is altijd wel iets te klagen”, grinnikte Maikel Verkade bij aankomst in het bivak bij Foum Zguid. “Gisteren waren het te veel stenen, vandaag was het te veel een snelweg. Ik heb veel te lang vol gas gereden naar mijn zin. De gemiddelde snelheid was tegen de 100 kilometer. Maar daar staat tegenover dat we lekker op tijd binnen zijn.” Mark Smits (106): We hebben ons verkeken op de afstanden Op de eerste dag ging het iets te hard voor Mark Smits. Hoewel de gemiddelde snelheid op dag 2 veel hoger lag, had hij er nu minder moeite mee. “Ik heb vrijwel de hele dag alleen gereden en dan kan ik mijn eigen tempo aanhouden. Dat werkt veel beter”, vertelde Smits. Onderweg stopte Smits bij zijn Marokkaanse teamgenoot Harite Gabari, die zonder benzine stond. “Ik heb hem wat van mij gegeven, maar achteraf gezien was dat niet zo verstandig. We hebben ons verkeken op de afstanden, dachten dat er kortere afstanden van tankstop naar tankstop zouden zijn. We hebben gerekend op ongeveer 180 kilometer, maar de tankstops liggen op ongeveer 200 kilometer. Er mag dus niets mis gaan in de zin van verkeerd rijden, want dan hebben we tekort. We hebben op onze Hondaatjes maar kleine tanks, en maar vijf versnellingen. Die grote rally replica’s hebben 28 of 32 liter en zes versnellingen. Die halen makkelijk snelheden van 150 kilometer op zo’n snelle proef als vandaag. Ik hooguit 110, 120. Het is elke keer met hangen en wurgen dat we de tankstop halen.” Ook zoon Rob had daarmee problemen. Hij had de reservetank nodig, maar de benzine daaruit moet hij handmatig overpompen naar de grote tank. Dat kostte hem tien minuten en dus een betere klassering. Harite Gabari (101): Voorsprong teniet gedaan door lege benzinetank Harite Gabari had al een voorsprong van 14 minuten opgebouwd toen hij stil kwam te staan in de tweede etappe: benzine op. “Ik heb twee tanks van 16 liter. Dat zou ruimschoots genoeg moeten zijn, ware het niet dat er een probleem is met de achtertank en dat de voortank te snel leeg is”, vertelde de Marokkaan. “Ik ging zo lekker. Het duurde 14 minuten voor de nummer 2 kwam en pas na meer dan een half uur stopte Mark Smits bij me om te helpen. Ik haalde er de tankstop net niet mee en moest de laatste kilometer de motor duwen. Het was wel jammer, want ik had goede kansen gehad vandaag denk ik.” Jeroen van Oers (145): Een beetje roestig Kistrijder Jeroen van Oers nam er zijn gemak van na aankomst in het bivak. De kistrijders hebben geen monteur bij zich die het onderhoud aan de motor doen: zij moeten alles zelf doen. Met de harde wind die enorme stofwolken over het bivak joeg, had Van Oers nog even geen zin om aan de slag te gaan. “Eerst even een reepje en met de benen omhoog”, zei hij. “Ik merk wel dat het vijf jaar geleden is dat ik voor het laatst een woestijnrally heb gereden. Het is allemaal een beetje roestig. Ik merk dat ik moeite heb met de snelheid in combinatie met navigeren. Ik zie het gewoon niet meer allemaal zo snel. Dat is ook een kwestie van wennen aan het ritme. Ik heb lekker gereden vandaag en gelukkig heb ik weinig geleden van de etappe van gisteren, maar ik ben wel heel blij dat ik vroeg binnen ben en nu even wat extra rust kan pakken.”
 
Lees verder