Van de Laar zoekt drie kwartier naar de uitgang

Gepubliceerd op: 13-01-2017 05:45

Ben van de Laar baalde. Hij wist heel, heel, heel zeker dat hij goed zat. Maar toch konden hij, zijn broer Jan aan het stuur van de DAF en monteur Dolf Huijgens de uitgang van een canyon niet vinden. Daardoor kwam het team Van de Laar op flinke achterstand als 27ste over de finish van de tiende etappe van de Dakar Rally. “Dat wil je als navigator niet op je geweten hebben.”

In de tiende etappe, met 406 kilometer tegen de klok, was navigatie doorslaggevend. Ben van de Laar miste nog geen waypoint. “Nu ook niet, maar we hebben er wel drie kwartier naar moeten zoeken”, vertelt hij in het bivak in San Juan. “De doorgang door de vallei was prachtig. Het ging ook prima. We zaten perfect op koers, dacht ik. Alle notes klopten. Maar we konden de uitgang niet vinden. Daar hebben we jammer genoeg heel veel tijd mee verloren.”

Toen ze de uitgang eindelijk hadden gevonden, ging het voorspoedig. Jan van de Laar trapte het gaspedaal van de DAF diep in en voerde de snelheid op. “Totdat we in de spiegels ineens zagen dat de bak van de truck los hing. Dat was wel even schrikken. Je wilt niet met een halve auto thuis komen”, verklaarde Ben.

Met spanbanden en tiewraps maakten de mannen een noodconstructie om de bak van de truck op z’n minst op zijn plaats te houden. Daarmee moest wel de snelheid flink omlaag. “We zijn op heelhouden naar de finish gereden”, zegt Van de Laar. “Hartstikke jammer, want dit was eindelijk weer eens een echte Dakardag. Een magnifieke proef, die echt wel de moeite waard was. Raar eigenlijk: we zijn bijna op het einde van de Dakar en we hebben het gevoel dat het nog maar net is begonnen. De eerste week ligt al zo ver achter ons en in de tussenliggende dagen hebben we zo weinig wedstrijdkilometers gemaakt, dat het helemaal niet aanvoelt alsof we er al bijna zijn.”

Foto: Dakarworld / Willy Weyens

Vorige bericht

Arjan Bos streept weer een (moeilijke) etappe af

“Eigenlijk begrijp ik zelf niet hoe ik door deze dag heen gekomen ben”, zegt Arjan Bos hoofdschuddend in het bivak in San Juan na afloop van de tiende etappe van de Dakar Rally. “Maar ik ben er. We strepen er weer eentje af.” Nagenoeg zonder navigatie volbracht de debutant de 406 kilometer tegen de klok, na meer dan tien uur op de motor.  Het rijden ging prima bij Bos, maar al bij de start van uitgerekend een etappe die volledig om navigatie draaide, merkte hij dat zijn capmeter, het digitale kompas, het niet deed. “Die bleef op nul staan. Daar heb je niks aan als je op koers moet rijden. Dan heb je wel een back-up van de organisatie, maar die zat vol condens, dus daar kon ik niets op zien. En ook de dagteller stopte ermee en dat overkomt je dan ook precies op een dag met ontzettend moeilijke navigatie. Jongensjongens.” De twijfel sloeg toe op een lang knippenpad, vol keien, met scherpe bochten naar links en rechts. “De reserve-kilometerteller klopte niet met wat er in het roadbook stond. Ik reed in een rivierbedding, maar op een gegeven moment zag ik helemaal niks meer dat nog klopte met wat er in mijn roadbook stond. Langzaam aan word je dan bang dat het over is. Eerder had ik al twee waypoints gemist – die ik verder maar heb gelaten voor wat ze waren, want ik zag er helemaal geen eind meer aan – en nu had ik ook allang een stempelpost tegen moeten komen. Dat is gewoon einde rally, dacht ik. Over drie jaar rijd ik hier nog in de rondte.” Bos reed toch maar door en kwam tussen andere zoekende motorrijders terecht. “Niet de minsten. Echt een paar toppers die daar aan het zoeken waren. Zo kwam ik toch bij het checkpoint uit. Ik was zo blij als een kind!” Op de neutralisatie tussen de twee delen van de etappe stond het serviceteam weliswaar te wachten, maar die konden ook zo gauw het euvel niet verhelpen. “Dan is het: prettige wedstrijd en tot vanavond.” In het tweede deel van de etappe ontdekte Bos dat de groenvoorziening in dit deel van Argentinië wordt onderhouden door Iveco’s, Kamazzen en een enkele Renault. “En die snoeien niet zo netjes als wij thuis in Nederland gewend zijn. Die ploegen overal doorheen en alles ondersteboven. Ik nam een keer een krap bochtje vlak langs een boom en dat deed al zeer. Daar heb ik weinig aandacht aan geschonken tot een bocht of twee, drie verder. Daar deed het weer zeer, terwijl ik niets raakte. Bleek dat ik een afgebroken stuk tak langs mijn kniebeschermer in mijn been had gekregen.” Behalve dat was het ook erg warm geweest. Bloedverziekend heet, aldus de paprikakweker die tegen zijn gewoonte in zelfs van mensen langs de route drinken aannam. “Dat doe ik nooit, want je weet niet wat erin zit en voor je het weet ben je ziek. Maar nu was het zo heet dat ik wel moest. Niet te harden. Ik heb misschien wel twaalf liter gedronken en wel dertig, veertig liter over me heen laten gooien.” De finish van de proef was een absoluut hoogtepunt voor Arjan Bos. “Na een reeks dieptepunten. Dit was echt een dag om uit te vallen. Ongelofelijk dat ik hier doorheen ben gekomen zonder navigatie. Ik juich nog niet, maar het komt nu wel zachtjes aan in beeld: Buenos Aires. Morgen nog een pittig dagje en ook die laatste van zaterdag wil ik niet onderschatten. Er kan nog van alles gebeuren.” Foto: Shakedown    
 
Lees verder