Stam na nachtje doorhalen weer aan de start

Gepubliceerd op: 09-01-2020 06:53

“Het was een hartstikke leuke dag en een geweldige proef. We zijn fluitend aan de finish gekomen.” Dat waren de verrassende openingswoorden van Teun Stam in het bivak in Al-‘Ula vanochtend vroeg. Om half vier ’s nachts waren Stam en navigator René Bargeman daar gearriveerd na de vierde etappe, die voor hen bijna 20 uur duurde.

Op 60 km in de wedstrijdproef (van 453 km) kwam de Toyota van Schijf Rally stil te staan, middenin de woestijn. Turbo kapot. Dat was rond de middag. “We werden opgevangen door de politie, die een bivakje bouwden, compleet met Perzisch tapijt. We kregen koffie, thee, bananen, sinaasappels, koekjes. Alles prima verzorgd.”

Ondertussen was Stam ‘achter een paar rotsen’ een nieuwe turbo tegengekomen. Die werd er ter plaatse in gemonteerd. Net toen het donker begon te worden, tegen zes uur ’s avonds, konden Stam en Bargeman hun weg vervolgen, met 390 km voor de boeg. In een etappe die door Dakar-winnaar Carlos Sainz werd omschreven als een van de moeilijkste in zijn carrière was dat geen sinecure.

“Een geweldige proef, met een hoop troep erin”, vond Stam, die ook al vier Dakars met de truck op zijn cv heeft staan. “Een van de bruutste die ik ooit gereden heb, op het extreme af. Het voordeel van ’s nachts rijden is dat je geen stof hebt en dat je iets langzamer rijdt. Navigeren is lastiger natuurlijk, maar René heeft het vrijwel foutloos gedaan. Complimenten! We zijn fluitend aan de finish gekomen.”

Vanaf daar was het nog een kleine 100 km naar het bivak, waar de monteurs een uur of vier de tijd hadden om de Toyota weer in orde te maken en Stam en Bargeman een paar uur de ogen dicht konden doen. “Van slapen is niet veel gekomen”, vertelde Stam bij een snel ontbijt. “We staan bij de ingang van het bivak en toen wij gingen liggen, moesten de eerste motoren alweer vertrekken. Staan er honderd van die brommers naast je gas te geven: henggg henggg. Geeft niet, die slaap halen we nog wel een keer in. Nu gaan we weer vertrekken naar de start van de vijfde etappe. Ik heb er zin in.” De vijfde etappe is een rit van 564 km, met 353 km tegen de klok. In het eerste deel zitten nog veel stenen, maar vanaf km 155 is het alleen nog zand en duinen.

Vorige bericht

Lieverdink: “ik vond er geen %$#& aan”

“Afschaffen die stenen, wat een ellende zeg! Na de neutralisatie was er een stuk van 100 kilometer lang, met alleen maar stenen. Levensgevaarlijk, superglad, totaal niet leuk. Het enige positieve is dat ik een beetje warm werd, maar voor de rest was er geen zak aan vandaag. wat een lelijke dag. Het was vandaag exact hetzelfde als vorig jaar op Dag 4, ik vond er geen &*%$# aan. Ik had gehoopt voor het donker bij de finish te zijn, maar dat mislukte een beetje want ik was pas om negen uur bij de finish. Daarom moest ik de laatste 60 kilometer van de proef in het donker rijden, dan wordt het wel ingewikkeld hier, ongelooflijk. Daar heb ik dan ook erg lang over gedaan. Ik moest tussen de stenen een spoor zien te vinden, maar op een gegeven moment was ik de weg toch kwijt. Gelukkig gingen er een hoop van die buggy’s die kant op, die ben ik maar gaan volgen. Ik kwam onderweg Kees Koolen tegen, die was eerst net als ik de weg kwijt. Op een gegeven moment wist hij de route, toen zijn we gaan rijden en iedereen volgde hem toen maar, dat ging goed. Je ziet dan langs de route nog veel jongens stilstaan; auto’s motoren, quads, alles. Ik ben wel superblij dat ik hier ben. Het is wel zo’n dag geweest waarin ik dacht dat als dit zo doorgaat ik een andere hobby ga zoeken. Ik heb voor de verbinding van 220 kilometer naar het bivak maar plastic om me heen getrokken, dat had ik in mijn rugzak gedaan. Mensen van de organisatie hebben me geholpen door er wat ducktape omheen te plakken, dit was gewoon een beetje overleven. Volgens mij sta ik er wel mooi op zo.”
 
Lees verder