“Afschaffen die stenen, wat een ellende zeg! Na de neutralisatie was er een stuk van 100 kilometer lang, met alleen maar stenen. Levensgevaarlijk, superglad, totaal niet leuk. Het enige positieve is dat ik een beetje warm werd, maar voor de rest was er geen zak aan vandaag. wat een lelijke dag. Het was vandaag exact hetzelfde als vorig jaar op Dag 4, ik vond er geen &*%$# aan.
Ik had gehoopt voor het donker bij de finish te zijn, maar dat mislukte een beetje want ik was pas om negen uur bij de finish. Daarom moest ik de laatste 60 kilometer van de proef in het donker rijden, dan wordt het wel ingewikkeld hier, ongelooflijk. Daar heb ik dan ook erg lang over gedaan. Ik moest tussen de stenen een spoor zien te vinden, maar op een gegeven moment was ik de weg toch kwijt.
Gelukkig gingen er een hoop van die buggy’s die kant op, die ben ik maar gaan volgen. Ik kwam onderweg Kees Koolen tegen, die was eerst net als ik de weg kwijt. Op een gegeven moment wist hij de route, toen zijn we gaan rijden en iedereen volgde hem toen maar, dat ging goed. Je ziet dan langs de route nog veel jongens stilstaan; auto’s motoren, quads, alles.
Ik ben wel superblij dat ik hier ben. Het is wel zo’n dag geweest waarin ik dacht dat als dit zo doorgaat ik een andere hobby ga zoeken. Ik heb voor de verbinding van 220 kilometer naar het bivak maar plastic om me heen getrokken, dat had ik in mijn rugzak gedaan. Mensen van de organisatie hebben me geholpen door er wat ducktape omheen te plakken, dit was gewoon een beetje overleven. Volgens mij sta ik er wel mooi op zo.”