Het ligt in de woestijn van Saoedi-Arabië vergeven van de stenen. Vele duizenden, in alle soorten en maten. Maar één is genoeg om een hele Dakar te vergallen en Teun Stam heeft er in twee dagen tijd al twee geraakt. De finish van de 367 km lange tweede etappe bereikte hij met forse schade aan de Toyota Landcruiser. “Maar we zijn er wel.” Nog vóór wereldster Fernando Alonso bovendien. Dat was een kleine pleister op de wonde.
De monteurs van Schijf Rally hebben vannacht een stevige kluif aan de auto. In het bivak somde Stam op wat er zoal aan mankeert. “De vooras krom, de bouten van de diff afgebroken, de aandrijfas krom, een grote scheur in de bodemplaat en nog wat kleinigheidjes. Dat is best veel werk inderdaad. Maar we hebben een goed clubje bij elkaar om het te fiksen.”
Teun Stam en René Bargeman waren in gevecht met een ssv waar ze maar niet voorbij konden in het stof. Juist op het moment dat er wat ruimte ontstond en Stam gas gaf om de buggy te passeren, knalde hij vol op een grote steen. “Op zo’n 80 kilometer voor de finish. Een enorme knal en daarna een hoop geluid en gekraak. Ik dacht dat de Toyota dwars doormidden brak, maar hij bleef rollen, dus we zijn God-zegene-de-greep doorgereden naar de finish.”
Het voornemen om uit de narigheid te blijven is dus niet helemaal gelukt in de etappe van Al Wajh naar Neom, maar het doel om voor het donker binnen te zijn is wel behaald. “Wij rijden wat verder achterin. Dan is alles al aan puin gereden en je zit de hele dag vol in het stof. Je móet wel behoudend rijden dan. Maar een kans om uit het stof te komen, laat je ook niet lopen. Tja… We hebben nu twee stenen geraakt van de duizenden die er liggen. Gisteren één en vandaag één. Laten we hopen dat het hierbij blijft. René was naar de briefing en daar werd gezegd dat we morgen in het mooiste natuurgebied van Saoedi-Arabië komen. Ik ben benieuwd. Tot nu toe hebben we alleen nog maar stenen gezien. Ik hoop dat morgen wat anders is.”