Lange dag voor Van Lieshout en Slaats door ‘eigenlijk niks’

Gepubliceerd op: 04-01-2018 00:25

Heel laat pas kwam de Toyota van Gerard van Lieshout en Guido Slaats aan in het bivak bij Foum Zguid. De meeste motorrijders lagen al lang te bed toen het T4F-duo uitklokte aan de finish van de tweede etappe van de Africa Eco Race. Daar moest wel wat gebeurd zijn. “Nou, eigenlijk niet”, zei Slaats nuchter.

‘Helemaal niks’ was het echter niet. Al in de eerste reeks duinen van de 443 kilometer lange proef reed de Toyota muurvast in het mulle zand van Erg Chebbi. En in de tweede reeks gebeurde dat nog een paar keer. Dus toen Van Lieshout en zijn navigator Slaats tegen vijven bij de derde reeks duinen aankwamen, zagen ze dat eigenlijk niet zo zitten. “Je weet dat het snel donker wordt en wij hadden er helemaal geen trek in om dan te staan scheppen. Gerard zag het niet zitten om die duinen in te rijden en ik was het daar mee eens, vooral omdat we hadden gehoord dat je ook links langs die duinen kon. Dat leek ons wel een goede optie.”

Op zoek naar een pad om langs de duinen te rijden, raakte het T4F-duo echter het spoor bijster. Welke kant ze ook op reden, er was geen pad. “We kwamen in een gebied terecht dat volkomen onbegaanbaar was. Volgens mij zaten we op een gegeven moment zowat in Algerije. Dat was niet de bedoeling. Daarom besloten we om dan maar de weg op te zoeken, om er zo omheen te gaan en dan de laatste 50 kilometer weer de proef te rijden. Maar de weg vinden was nog een hele opgave. We zijn een paar keer heen en weer gereden en hebben nog een paar keer vastgezeten voordat we het hadden gevonden.”

Eenmaal op de weg reden ze nog een keer de verkeerde kant op, via Zagora richting Ouarazate terwijl ze naar Foum Zguid moesten. Van het plan om het laatste stuk van de proef nog te rijden, kwam niets meer terecht. Daarvoor was het al veel te donker. “Maar de auto heeft dus niks”, zei Slaats.

“Het enige wat eraan mankeert, is dat ie te zwaar is. Daardoor zijn we steeds vastgereden in de duinen. Ik ben gewend dat ik er met de motor of de quad gemakkelijk overheen kan. Met een buggy kan dat ook makkelijk, maar met deze niet. Die zakt bovenop een duin weg in het zand. Mooi uitzicht hoor, daar is niks mis mee, maar je staat je het schompes te scheppen en elke keer zakt ie weer weg. Dat moeten we dus niet meer doen, er overheen. Dan maar onderaan blijven. Die les hebben we nu wel geleerd. We weten nu wat we kunnen verwachten, wat de auto kan en vooral ook wat ie niet kan. Dus morgen gaan we weer met frisse moed verder.”

 

 

Vorige bericht

Adwin Hoondert ziet af in tweede etappe Africa Race

Zuchtend en steunend liet Adwin Hoondert zich uit de cabine van zijn DAF vallen in het bivak bij Foum Zguid na afloop van de tweede etappe van de Africa Eco Race. De 443 kilometer lange proef was de Zeeuw niet in de kouwe kleren gaan zitten. “Ik ben gebroken”, pufte Hoondert. “Zoveel als ik vandaag heb meegemaakt, heb ik in vier Dakar Rally’s nog niet meegemaakt.” Hoondert had zo veel pech dat de tijdmeting al was gestopt toen hij aan de finish kwam. Wat zijn tijd en klassering zijn, is dus niet duidelijk, maar zal ergens tussen de elf en twaalf uur zijn en rond de veertigste plaats in het gecombineerde klassement van de auto’s en trucks. Hoondert was bepaald niet de enige die een zware dag had in het oosten van Marokko. Bijna een derde van het veld kwam niet via de wedstrijdroute aan de finish, maar via de weg – al dan niet op sleeptouw. Een bandendruksysteem met kuren was de oorzaak van Hoonderts miserie. “Het eerste stukje duinen ging super”, vertelt hij. “Maar 16 kilometer daarna stond ik al met twee lekke banden. Die stonden nog op 1 bar, terwijl het systeem aangaf dat er 4 bar druk op stond. Op zo’n knippenpad moet je met kneiterharde banden rijden, anders gaan ze aan flarden.” Aangezien Hoondert dus al vroeg door zijn reservebanden heen was, moesten hij en monteur Wilko Hoefnagels extra goed opletten. Voor de zekerheid zetten ze de banden zo hard mogelijk, maar dat betekende wel extra stuiteren en harde klappen op de harde paden, rotsen en stenen. “Och och, alles doet pijn”, kreunde Hoondert. “En door die klappen brak ook de steun van de intercooler af. Dat hebben we provisorisch kunnen repareren, maar daarna vloog ook nog drie keer de luchtslang eraf. Dus we hebben nogal staan tobben onderweg.” Het gevolg daarvan was weer dat Hoondert pas laat bij de laatste duinenpartij aankwam, toen het al donker was. “Met de bandendruk hoog, kwamen we twee keer goed vast te zitten in de duinen, tot over de assen. Ik heb nog nooit zo moeten scheppen, geloof ik. Wat hebben we staan tobben. Uiteindelijk hebben we de banden toch maar handmatig weer naar anderhalve bar gezet en zijn we er met een beetje beleid doorheen gekomen. Het was een mooie dag hoor, maar ik ben er nu wel even klaar mee.” Morgen staat de deelnemers een etappe van 400 kilometer te wachten, van Foum Zguid naar Assa.      
 
Lees verder