Martien Jimmink heeft de Dakar Rally 2020 per medische helikopter moeten verlaten. Die bracht de loonwerker uit Kolhorn naar het academisch ziekenhuis in Tabuk waar de eerste diagnose was dat Jimmink een scheurtje in een ruggenwervel heeft.
Jimmink was al bijna op de helft van de etappe – een lus van 427 km in de omgeving van Neom – toen hij hard moest remmen voor een gat in de piste. “Ik denk dat ik te hard heb geremd met de voorrem terwijl ik de achterrem had moeten hebben”, vertelde Jimmink. Hij vloog over het stuur van de motor heen, die vervolgens bovenop hem terecht kwam. Hij bleef een paar minuten liggen omdat hij geen gevoel in zijn benen had. Toen dat langzaamaan terugkwam, kon Jimmink op handen en knieën gaan zitten. Zo bleef hij acht minuten zitten. Hij probeerde op te staan, maar dat lukte niet.
Andere motorrijders schakelden medische hulp in. Jimmink’s teamgenoot uit Bahrein, Salman Fahran, bleef tot aan de helikopter bij de onfortuinlijke Noord-Hollander. “Dat is een vriend voor het leven”, laat Jimmink weten vanuit het ziekenhuis, waar zijn vrouw en dochter bij hem zijn.
In het ziekenhuis werd een CT-scan gemaakt om precies te weten te komen wat de verwondingen van Jimmink waren, omdat hij vanwege pijn aan het borstbeen ook ademhalingsmoeilijkheden had. Uit de scan bleek een scheurtje in een ruggenwervel. “Het is zo jammer”, vond Jimmink. “Het ging hartstikke lekker. Het was ook een heel mooie etappe. Het is hier nog mooier dan in Zuid-Amerika. Ik had graag nog minstens een paar dagen gereden.”