‘Had beter gekund’, maar Tim en Tom Coronel zijn tevreden

Gepubliceerd op: 08-01-2021 18:18

Dat de zesde etappe van de Dakar 2021 met 100 kilometer was ingekort, tot 348 kilometer, was een goed idee wat Tim en Tom Coronel betreft. Tien minuten voordat het helemaal donker was, waren zij aan de finish van de wedstrijdproef. Daar bleek dat ze de 37ste tijd hadden gereden, op 1.21.02 van etappewinnaar Carlos Sainz. “Maar we zijn best vaak gestopt onderweg”, oordeelde Tom. “Er waren veel kleine dingen die beter hadden gekund.”

De etappe voor de rustdag is traditioneel een van de zwaardere dagen in de Dakar. Omdat de vijfde etappe al zo lang en zwaar was, besloot de organisatie om er 100 kilometer af te halen. “Misschien kwam het daardoor, maar ik vond dag 5 zwaarder dan deze”, zei Tom na aankomst in het bivak van Ha’il, waar de rustdag is. “Ik denk dat deze etappe 80 procent was van de vijfde, ondanks dat er nu voor het eerst duinen van de zwaarste categorie in zaten. Het was eigenlijk best goed te doen.”

Juist op een van die joekels van duinen kwamen Tim en Tom vast te staan met The Beast, toen de motor afsloeg. De auto uitgraven, met zijn tweeën, kostte een paar minuten. “Maar er waren meer van die akkefietjes die steeds een paar minuten kostten”, vertelde Tom. “De band linksachter liep weer leeg, net als gisteren. Tim wil dan eerst alles controleren en dat kost tijd. Uiteindelijk hebben we de band gewoon gewisseld. Heeft goed 10 minuten geduurd.”

Het haperende bandenspanningssysteem betekende ook dat Tim en Tom voor het ingaan van de duinen moesten stoppen om handmatig de bandenspanning te regelen. Lucht uit de banden laten kostte weer een paar minuten. Ook stopten de broers bij Cristina Gutierrez, die een krik en ander gereedschap nodig had om haar ssv weer op gang te krijgen.

“Zo waren er veel kleine dingen die tijd hebben gekost en dat is jammer”, vond Tom. “In het laatste stuk hebben we nog wel wat goed kunnen maken. Daar heeft Tim serieus het tempo erin gehad. Daar haalden we zelfs Romain Dumas nog in, die met een ex-Peugeot rijdt. Dat was wel even lekker.”

Na een week Dakar hebben de broers het gevoel dat ze de juiste swing te pakken te hebben. “De eerste dagen was het gewoon testen voor ons”, stelde Tom. “We moeten er dan ook even rustig inkomen en het tempo opbouwen. Ik had gehoopt dat we iets meer snelheid zouden hebben, maar door regels van de organisatie hebben we minder vermogen gekregen. Dat kost tijd op de rechte stukken. In de duinen gaat het prima. Vandaag ook weer. Eigenlijk is de eerste week heel goed verlopen. We hebben geen grote problemen gehad en zijn keurig elke dag voor het donker binnen. Natuurlijk kan het beter, maar we mogen absoluut niet klagen. Het resultaat van vorig jaar, de 27ste plaats, moeten we kunnen verbeteren. Ik ga met veel vertrouwen de tweede week in.”

 

Vorige bericht

Groeiend vertrouwen bij Olaf Harmsen

De zesde etappe zit erop, morgen is de rustdag in Ha’il en dus mag Olaf Harmsen de eerste week van de Dakar 2021 afvinken. “Dat is echt een heel lekker gevoel”, vindt de motorrijder uit Den Bosch. De tot 348 km ingekorte wedstrijdproef was niet gemakkelijk, maar Harmsen ondervond weinig problemen. Harmsen was te spreken over de etappe. “Alweer een mooie dag, met veel duinen, waaronder een paar die best pittig waren, en veel zandpaden. En hier en daar toch een steentje…” Niet eerder in de Dakar hadden de rijders duinen van niveau 3 gehad – de zwaarste categorie. In het begin van de etappe ging het niet vanzelf. Harmsen voelde weinig vertrouwen en zat niet goed in zijn ritme. Dat kwam pas na 20 km, toen de Spaanse rijder Rachid Al-Lal Lahadil voorbij kwam, met wie Harmsen een trainingsweek volgde bij voormalig KTM-fabrieksrijder Jordi Viladoms. “Ik ben aangehaakt bij Rachid en dat was heel fijn. Die rijdt in de duinen wel zo goed. Constant goed aan het navigeren ook. Daar heb ik mazzel mee gehad. We reden in een groep van vijf, wat best veel is, waarvan we uiteindelijk met z’n drieën overbleven.” Vermoeide handen was het enige waar Harmsen af en toe last van had gehad, vooral in de duinen. “Op de rechte stukken op de zandpaden kun je die dan wat laten rusten.” De pijn in zijn handen is waarschijnlijk nog een erfenis van de eerste etappe. “Dat was de slechtste dag van de eerste week, wat mij betreft, met al die stenen. Verder ben ik heel tevreden over de eerste week. Ik heb steeds meer vertrouwen gekregen. Vroeger betekende dat dat ik te hard ging rijden, maar die verleiding kan ik nu goed weerstaan. Ik hou me aan mijn eigen tempo.” Dit jaar mogen de deelnemers het bivak niet af op de rustdag, dus een nachtje in een hotel zit er niet in. “Maar we worden hier ook prima verzorgd”, verwacht Harmsen. “Ik zag een beetje op tegen de rustdag, omdat ik dacht dat het ritme verstoord zou worden, maar nu ben ik wel erg met een keer uitslapen en een dag rust.”
 
Lees verder