Na Afrika en Zuid-Amerika begint voor de Dakar rally een nieuw hoofdstuk in Saoedi-Arabië. De deelnemers krijgen in totaal 7.856 kilometer voor hun kiezen, waarvan 5.097 als special.
De verhuizing naar Saoedi-Arabië was noodzakelijk om meerdere redenen. Allereerst vanwege de teruglopende bereidheid van landen als Argentinië, Chili en Peru om te investeren in het evenement en als tweede omdat de deelnemers ook echt weer toe waren aan een nieuwe uitdaging. Met de verhuizing naar Saoedi-Arabië (vier keer zo groot als Frankrijk) is een stuk financiële zekerheid gegarandeerd en zijn er volop mogelijkheden om een uitdagende en interessante route uit te zetten.
Ook op organisatorisch vlak is er een nieuwe koers ingezet. Algemeen directeur Etienne Lavigne werd afgelopen maart vervangen door de veel benaderbare David Castera. Castera, in de jaren negentig fabrieksrijder bij o.a. Yamaha en MUZ en de laatste jaren actief als navigator bij het team van Peugeot, was eerder al sportief directeur bij A.S.O.. Sinds twee jaar is de Fransman ook eindverantwoordelijke bij de Rally du Maroc.
Met de komst van Castera is er een aantal innovaties doorgevoerd, die eerder al werden uitgeprobeerd in de Rallye du Maroc. Zo krijgen de deelnemers een van tevoren al ingekleurd roadbook. Nieuw is ook dat minimaal vier keer het roadbook pas in de ochtend voor de start wordt uitgedeeld aan de deelnemers. Dit zorgt ervoor dat de zogenaamde ‘mapman’ waar ieder fabrieksteam over beschikt het roadbook met behulp van google maps en google earth niet kan analyseren en buitenspel komt te staan. Afgelopen Rally du Maroc werd dit voor het eerst gedaan en zorgde voor redelijk wat gestress en gemopper bij de fabrieksmannen kort voor de start.
De route bestaat uit twaalf etappes plus een rustdag, met voor de motoren een marathonetappe op dag twee/drie (met slechts tien minuten tijd om te sleutelen na aankomst in het bivak!) en op dag tien/elf. De beelden die de organisatie al verstrekt heeft zijn zeer veelbelovend met spectaculaire en zeer afwisselende landschappen en grote duinenpartijen. Voor de motorrijders zal het wennen zijn qua temperatuur in de ochtenduren, die rond het vriespunt kan liggen.
Bij de start van de Rallye du Maroc begin oktober stonden voor het eerst in vijf jaar weer eens alle fabrieksrijders tegelijk aan de start. Want altijd was er wel iemand geblesseerd. Joan Barreda, Pablo Quintanilla, Sam Sunderland, Matthias Walkner, Toby Price, Adrien van Beveren, ze zijn allemaal wel een tijd uit de running geweest. Niet zo verwonderlijk als je ziet hoe hard er gereden wordt en hoe technisch de routes geworden zijn de laatste jaren.
Met de zege van Toby Price afgelopen januari, wist KTM voor de 18e keer op rij de Dakar te winnen. Price reed de Dakar uit met een gebroken pols, hij en teamgenoot Matthias Walkner reden pas hun eerste rally weer in Chili afgelopen september. Sam Sunderland greep dit jaar de titel in het wereldkampioenschap cross-country, met zeges in de Abu Dhabi Desert Challenge en de Silk Way Rally en een tweede plaats in de Atacama Rally. KTM blijft dan ook hèt te kloppen team.
Met achttien zeges op rij zou je denken dat statistisch gezien de kans dat KTM een keer mis grijpt groter wordt. Maar het blijft bijzonder knap hoe Price, Sunderland en Walkner er op het juiste moment altijd weer staan. Leuke is wel dat Saoedi-Arabie voor alle rijders nieuw is en niemand echt kan profiteren van lokale kennis. Hulp van buitenaf zal in het dunbevolkte Saoedi-Arabië niet makkelijk te vinden zijn, in tegenstelling tot Zuid-Amerika waar altijd veel toeschouwers langs de route stonden.
Honda (met Ruben Faria als teammanager) komt met vijf rijders naar de start in Jeddah: Kevin Benavides, Ricky Brabec, Joan Barreda, José Ignacio Cornejo en Dakardebutant Aaron Maré.
Bij Husqvarna schreef Amerikaan Andrew Short met de zege in de Rallye du Maroc de eerste grote rally op zijn naam. Teamgenoot Pablo Quintanilla is misschien wel de grootste bedreiging voor KTM. Op de laatste dag in de Dakar van 2019 was het verschil tussen Quintanilla en Price slechts één minuut, totdat Quintanilla moest opgeven na een zware crash.
Een andere concurrent is Yamaha rijder Adrien van Beveren uit Frankrijk. Van Beveren stond nog vijfde algemeen twee dagen voor de finish van Dakar 2019 en was op weg naar een podiumfinish tot zijn Yamaha de geest gaf in de voorlaatste special. Verder zijn er nog de fabrieksteams van Hero, waar Paulo Goncalves overkwam van Honda, en Sherco met enduro crack Johnny Aubert die zijn eerste Dakar rijdt.
Zeven Nederlanders staan er op de startlijst van de motoren. Mirjam Pol heeft veruit de meeste ervaring, het wordt haar achtste deelname. Afgelopen Dakar wist Edwin Straver het kistklassement te winnen, Paul Spierings was de beste Nederlander met een 26e plaats. Het zal niet meevallen voor Spierings die prestatie te verbeteren, gezien het altijd sterke veld met alle fabrieksrijders maar ook nog een flink aantal subtoppers die allemaal gaan voor een plek in de top tien. Helaas is Wesley Pittens er niet bij door een blessure.
“In de afgelopen Dakar was het de eerste dagen vooral aftasten, ik finishte meestal buiten de top vijftig. Maar aan het eind van de rally reed ik uitslagen in de top twintig. Voor de komende Dakar heb ik niet echt een doel gesteld, ik ga proberen iedere dag in de buurt van de top twintig te finishen zonder risico’s te nemen. Als dat lukt, rijd ik vanzelf een goede Dakar. Ik heb minder gereden dit jaar, mede omdat ik vader ben geworden van een dochter. Samen met Henk Hellegers van HT Rally-Raid hebben we hard gewerkt aan de motor en flinke stappen gemaakt qua vermogen en handelbaarheid. In de Morocco Desert Challenge ben ik derde geworden, en afgelopen oktober vierde in de 1000 Dunas Rally. Daar kon ik goed merken dat de verbeteringen goed werken waardoor ik met meer vertrouwen op de motor zit.”
De laatste jaren krijgen de kistrijders, die het helemaal zelf moeten doen zonder verdere assistentie, eindelijk de waardering van de organisatie die ze verdienen. Er wordt meer aandacht aan besteed en de rijders worden met meer respect behandeld. Een status die ze verdienen.
Voor de 2020 editie staan er maar liefst veertig motoren en één quad op de startlijst. De ‘Dakar Originals by Motul’ worden ze door de organisatie genoemd, makkelijk te herkennen aan de rode nummerstickers. Guillaume Martens en Edwin Straver zijn de twee Nederlanders die dit jaar in deze klasse uitkomen.
Martens viel in 2015 en 2018 nog uit, maar in 2019 finishte hij als 68e. Martens is een echte avonturier en maakte al vele verre reizen op de motor. Reden om aan de Silk Way Rally mee te doen afgelopen zomer, die hij ook als kistrijder uitreed. ‘’Voor mij is dit de enige manier om de Dakar te doen: op jezelf, zonder steun. Dat is het echte avontuur, en wat me aantrekt’’ aldus Martens.
Edwin Straver doet voor de derde keer mee als kistrijder. Nadat hij zijn eerste Dakar in 2018 uitreed als 49e, wist hij in zijn tweede Dakar het kistklassement al op zijn naam te schrijven met een 30e plaats algemeen. “Het lijkt alweer zo lang geleden, nu ik vol in de voorbereiding zit op de komende Dakar. Dat is ieder jaar weer spannend. We zijn met een grote club dit jaar en er zit een aantal goede rijders tussen.”
Voor Straver, die met een nieuwe KTM 450 Rally aan de start staat, verandert het niets aan zijn benadering. Uitrijden blijft het doel. ‘’Voor ons als kistrijders is het goed dat we de roadbooks kort voor de start krijgen. Vorig jaar nam ik dat soms wel drie keer van tevoren door. Ik rij sneller dan ik kan navigeren, maar bij de kistrijders is het belangrijker constant te zijn. Het enige wat ik wil, is over het finishpodium rijden. Het liefst met mijn vriendin. Vorig jaar mocht dat niet maar ze hebben ons beloofd dat het nu wel kan. We doen dit samen, het hele jaar door, dan is het leuk als je het ook samen kunt afsluiten.’’
Ter voorbereiding reed Mirjam Pol twee rally’s dit jaar, die ze beiden wist te winnen: de Breslau Rally in Polen en de Balkan Offroad Rally in Bulgarije. “Ik ga zonder echte verwachtingen naar de Dakar. Ik denk wel dat het een hele echte gaat worden. Het klassement wordt bepaald afhankelijk van de tegenslagen die je onderweg krijgt. Kan ik uit de problemen blijven, dan richt ik me op een plek bij de beste Nederlanders. Zo kort mogelijk achter de eerste dertig die vooral uit fabrieksrijders bestaat. Ik verwacht dat als er ook maar iets tegenzit, we in het donker gaan binnenkomen. Dus heb ik er maar een extra lamp opgezet. Er zitten een paar hele lange dagen in deze Dakar, maar vaak pakken die voor mij wel goed uit. “
Als kleine jongen speelde hij al ‘Dakar’ op zijn crossfietsje. Op z’n 45e is het dan eindelijk zover en gaat zijn Dakardroom in vervulling voor Olaf Harmsen, de enige debutant bij de Nederlandse motorrijders. Op z’n 25e begon Harmsen samen met zijn broer met wegracen in de Supersport 600 categorie. Na een jaar of vijf volgde de overstap naar de Supermotards. Daar kwam hij voor het eerst in aanraking met zand. De volgende stap was motorcross en dat gaf hem het vertrouwen om voor de uitdaging van de Dakar te gaan.
‘’Toen ik jong was, leek mee doen aan de Dakar meer op een droom dan werkelijkheid. Maar nadat ik begonnen was met motorcross, voelde ik dat ik klaar was voor mijn eerste rally. Samen met Bart van der Velden (van het BasDakar Team) hebben we een plan gemaakt. Mijn idee was om Dakar te rijden in 2021, maar Bart overtuigde me om er eerder voor te gaan. Na de Serres Rally in 2018 en de Merzouga Rally afgelopen april was ik gekwalificeerd voor de Dakar. Sinds Merzouga staat m’n leven vooral in het teken van de voorbereiding op de Dakar. Bijna iedere dag werk ik aan m’n fitheid in de sportschool en met motorcrossen en mountainbiken. Wesley van Veghel is mijn personal trainer, hij heeft Maikel Smits (26e in de Dakar van 2018) klaargestoomd en dankzij hem is mijn rijtechniek stukken beter. Met een goede finish in de Rallye du Maroc van afgelopen oktober voel ik vertrouwen en ben ik klaar voor de Dakar.’’
Kort na de Dakar wist hij voor zichzelf al wel dat hij nog een keer wilde gaan, maar Martien Jimmink hield het nog even stil. “Het was zo’n mooie ervaring. Ik heb Henk Hellegers gevraagd wat hij er van dacht en hij bevestigde dat die oude Jimmink de finish nog wel een keer kan halen. Ik sta er altijd positief in, dat is aangeboren. Fit zijn is daarbij wel heel belangrijk, dat gaf Kees Koolen me ook nog mee. Ik heb heel veel op de mountainbike gezeten, en ga nog naar de Wim Motors Acadamy in Portugal om te trainen op het roadbook rijden. Ik weet wat me in de Dakar te wachten staat, en dat is wel een lekker gevoel.”
Dakar 2019 debutant Gerben Lieverdink viel de dag na de rustdag uit in één van de zwaarste duinenetappes van de rally. Nadat hij een uur te laat aankwam bij een controlepunt mocht hij niet meer verder rijden. Lieverdink is nog niet klaar met de Dakar en is er in 2020 weer bij om te proberen de klus nu wel af te maken.
“Ik wil nog één poging wagen om te kijken of ik dit kan of dat de conclusie moet zijn dat het te zwaar voor me is. Ik viel uit in een etappe met de moeilijkste duinen van de hele rally en heb er te lang over gedaan om er doorheen te komen. Er was een mogelijkheid om een stuk af te snijden, maar dat ligt niet in mijn aard, ik koos ervoor om alle waypoints te halen. Ten opzichte van een jaar geleden sta ik er beter voor, ik voel me beter op de motor. Het is nu of nooit.”