Van Loon verrast zichzelf met achtste tijd

Gepubliceerd op: 13-01-2020 13:21

De achtste etappe brengt Erik van Loon en Sébastien Delaunay de achtste tijd. Aangezien er geen sporen van de motoren zijn, is het moeilijk qua navigatie. Delaunay maakt geen fouten, enkele kilometers voor het eind krijgt Van Loon opnieuw een klapband die hem een minuutje kost.

“Het was niet dat ik de auto instapte met het gevoel: ik zal het vandaag eens laten zien,” vertelt Van Loon. “Er waren geen sporen, enkel van de auto’s voor ons, dus dan is het echt opletten. We hadden enkele mooie duinen en er was een stuk van bijna veertig kilometer vol gas. De Toyota loopt erg goed en voelt fijn aan. We hebben nu twee dagen op rij een klapband op hoge snelheid gehad, dat is wel link, maar daar kunnen we niet zoveel aan doen. De verschillen zijn klein vandaag, dus dan is het mooi dat we erbij zitten.”

De etappe van morgen gaat van Wadi Al-Dawasir naar Haradh en is 410 kilometer lang. Deze bestaat uit twee delen, in het eerste zitten veel stenen en het tweede lijkt hier en daar op een circuit. De eerste auto start om 10:30 (8:30 NL tijd) en wordt om 15:20 (13:20 NL tijd) aan de finish verwacht.

Vorige bericht

Bernard ten Brinke: “zwaardere en moeilijkere duinen”

In hun Toyota Hilux reden Bernhard ten Brinke en Tom Colsoul een groot deel van de achtste Dakar etappe samen met de snelste 4 coureurs van het autoklassement. Hoewel onderweg geplaagd door kleine problemen, finishte de Toyota-equipe de special over 477 km op een goede zevende plaats, op 10min19 van dagwinnaar Mathieu Serradori. “We zijn tevreden met P7. Dit was vandaag het maximaal haalbare.” Uit respect voor de verongelukte motorcoureur Paulo Gonçalves kwamen de motoren en de quads vandaag niet aan de start. Voor de auto’s bleek het ‘rondje’ met als start- en finishplaats Wadi Al-Dawasir nogal pittig gekruid, zo merkten Bernhard en Tom. “Net als gisteren ging het op sommige stukken weer heel hard, maar vandaag moesten we een ander type duinen door. Zwaardere en moeilijkere duinen”, vertelt Bernhard ten Brinke. “Dit was een lange en zware etappe. Ook omdat de sporen van de motorrijders ontbraken.” De Nederlands/Belgische Toyota-equipe vertrok vanmorgen als vierde en haalde na 200 kilometer de top 4 van het autoklassement bij: leider Carlos Sainz, Toyota Gazoo Racing-teamgenoot Nasser Al-Attiyah, Stéphane Peterhansel en Yazeed Al Rajhi (Toyota). “De laatste 150 kilometer hebben we met zijn vijven opgereden, waarbij we afwisselend de kop namen. Dit betekende meteen dat we geen betere tijd konden rijden, dan we gedaan hebben.” In het eerste deel moest de Toyota-equipe nog wel even improviseren toen het scharnier van Bernards deur afbrak. “We waren 50 km onderweg toen mijn deur ineens van boven ging openstaan. Tyraps brachten uitkomst. Tijdens het rijden heb ik de deur aan de rolkooi vastgetrokken, zodat we er geen last meer van hadden. De noodreparatie heeft wel iets tijd gekost, maar niet veel.” Aan de finish bleek een steen een olieleiding te hebben geraakt, waardoor de auto olie verloor. Bernhard ten Brinke: “Om geen enkel risico te lopen, heeft Giniel (De Villiers, teamgenoot, red.) ons naar het bivak gesleept. Het kenmerkt de teamspirit bij Toyota Gazoo Racing.” In het algemeen klassement is Bernhard ten Brinke gepasseerd door dagwinnaar Mathieu Serradori (Century). De Nederlandse Toyota-coureur staat achtste op 4 min. 18 van Serradori. “Morgen gaan we er weer voor”, besluit Bernhard ten Brinke strijdlustig.
 
Lees verder