Martin van den Brink mag zijn borst nat maken. De titelverdediger in de Morocco Desert Challenge krijgt te maken met hevige concurrentie. Maar liefst 30 racetrucks starten zondagmiddag op het strand van Plage Blanche. Zeker vier, vijf daarvan – onder wie Gert Huzink, Peter Versluis en Ales Loprais – mogen in staat worden geacht de rally te winnen. Daar heel kort achter zit een grote groep van outsiders, zoals Janus van Kasteren, Jos Smink, Igor Bouwens, Vick Versteijnen, Tomas Vratny en Elisabete Jacinto, die zomaar eens voor een verrassing kunnen zorgen.
Na de twee vorige edities van de Morocco Desert Challenge te hebben gewonnen, is Martin van den Brink de topfavoriet voor de zege bij de trucks. Maar de concurrentie is sterker dan ooit. “Uiteraard is het ons doel om voor de derde keer op rij te winnen”, zegt de kopman van Mammoet Rallysport. “Maar we zijn hier ook om wat nieuwe dingen aan de Renault te testen en om plezier te hebben. De beste manier om te testen is in een serieuze rally, en dat is het. Het veld is heel sterk, met zeker vier, vijf trucks die min of meer gelijkwaardig zijn en die kunnen winnen.”
Van den Brink verwacht een pittige strijd met zijn landgenoten Peter Versluis (MAN), Gert Huzink (Renault), zijn eigen teamgenoot Janus van Kasteren en de Tsjechische toprijder Ales Loprais (Tatra). “Het gaat vuurwerk geven, dat is zeker. Maar ik kijk liever naar onszelf dan naar de concurrentie. Deze rally is al lastig genoeg van zichzelf, door de navigatie en het terrein. Van die miljoen stenen onderweg hoef je er maar één verkeerd te raken…”
Van den Brink wordt opnieuw genavigeerd door de ervaren Wouter de Graaff, maar heeft deze keer ook zijn 16-jarige zoon Mitchell in de cabine. “Hij heeft al wat ervaring opgedaan op de motor, maar het wordt de eerste keer in de truck. Het is zo leuk om die jongen te laten kennismaken met truckracen in een rally en te laten leren. Dat is wat de funfactor zo groot maakt voor mij: wat is er nou leuker dan een rally te rijden met je zoon?”
Met zeker een stuk of vijf kandidaten voor de winst bij de trucks, is de competitie daar sterker dan ooit. Gert Huzink wordt daar heel blij van. “Hoe meer concurrentie en hoe gelijkwaardiger de trucks, hoe mooier”, vindt de Riwald-coureur. “Dat is één van de leuke dingen aan de Morocco Desert Challenge: het is gemoedelijk, maar er is wel strijd. Wij zullen zeker proberen daaraan mee te doen. Ik reken ons ook absoluut onder die vijf trucks die kans maken op de overwinning.”
Aan de Renault noch de bemanning zal het liggen, meent Huzink. Ieder voor zich hebben de drie Nederlanders veel ervaring, en als trio volbrachten ze de afgelopen Dakar Rally als beste Nederlandse équipe. “We zijn goed op elkaar ingespeeld en dat is wel belangrijk als je iets wilt bereiken”, stelt Huzink. “Aan de truck zijn een aantal zaken verbeterd sinds de Dakar: motortechnisch en softwarematig, maar we hebben bijvoorbeeld ook andere stabilisatorstangen. Daardoor reageert de auto anders, maar als het goed is blijft het ook beter heel. Of dat ook inderdaad zo is, kun je alleen maar goed testen in een rally waarin het er stevig aan toe gaat.”
In de laatste paar rally’s die hij reed had Ales Loprais weinig geluk. In zowel de Silk Way als de Dakar viel hij in vroegtijdig stadium uit. Alleen al daarom is de finish halen met zijn Tatra het eerste doel van de Tsjechische topcoureur. “Na zoveel problemen is een fijne rally rijden wel weer eens welkom”, zegt Loprais. “Het is onze eerste keer in de Morocco Desert Challenge, maar van wat ik ervan gehoord en gezien is het een mooi evenement, met een sterk veld, vooral bij de trucks. Ik heb er zin in.”
Nadat hij in de Dakar uitviel met een kapotte turbocharger veranderde Loprais nogal wat aan de truck die hij zelf bouwde. “Dingen die we goed willen testen in een pittige rally. We weten niet precies wat we kunnen verwachten, maar gezien het niveau van de trucks die hier aan de start staan, de hoeveelheid deelnemers en van wat ik heb horen vertellen, lijkt dit op een ideale rally voor ons. Natuurlijk gaan we voor de hoogst haalbare klassering, maar om als eerste te finishen, moet je eerst finishen.”