Gerben Lieverdink moet opgeven

Gepubliceerd op: 09-01-2020 16:19

“Ik denk dat veel andere mensen gedacht hebben dat ik na één dag al naar huis zou gaan. Spieren afgescheurd van je schouder, een normaal mens gaat dan de Ziektewet in en lekker naar huis. Ik had ook mijn knie kapot, die was flink dik, daar had ik ook goed last van. Een normaal mens doet dan helemaal niks meer, maar ik ga de Dakar rijden, dat is natuurlijk wel een beetje de tegenovergestelde wereld. Aan de andere kant, ik wist waar ik aan begon, dat dit het verhaal zou kunnen worden. Ik kende de risico’s en heb het toch volgehouden tot en met dag vier.

Vandaag was het bijltjesdag. Er was een “closed door” op 135 kilometer, waar je uiterlijk om 17:00 uur moest zijn. Ik was daar om 11:00 al dus ik dacht dat het goed kwam, maar daarna gingen we de zachte duinen in. Daar haalden de vrachtwagens ons als heel snel in, het waren best snelle stukken en dan kom je in hun diepe sporen terecht. Ik deed het voorzichtig aan, maar ben toch een paar keer gevallen. Mijn been deed zeer, ik hinkte een beetje, knie deed zeer, mijn schouder deed zeer. Op kilometer 236 moest ik nog zo’n 120 kilometer, toen voelde ik dat het niet meer goed kwam. Dadelijk lig je dan naast de rest van de Nederlanders in het ziekenhuis, dat heb ik er niet voor over.

Ik heb eerst een uur op de grond gezeten, een beetje nadenken wat ik moest gaan doen. Hoe dit verder moest, want het voelde gewoon niet goed. En als het niet goed voelt, moet je het gewoon niet doen. Toen heb ik contact opgenomen met de wedstrijdleiding in Parijs. Ondanks dat het een hele zure beslissing is, ik ben hier natuurlijk heel lang mee bezig geweest. Dakar is natuurlijk niet voor niets “Dream, Dare, Live it” en daar ben je dan enorm mee bezig.

Het was het makkelijkste geweest om gewoon thuis te blijven, zeggen dat je last van je schouder hebt en dat je niet komt. Het moeilijkste is dan toch om het gewoon te proberen en te kijken hoever je komt. Dat heb ik ook vooraf tegen iedereen gezegd. Ik had gehoopt de rustdag te halen en het ging eigenlijk best goed. Gisteren ben ik wel heel diep gegaan, dat moet ik eerlijk zeggen, dat was een heftige dag. Met name de laatste 60 kilometer, daar heb ik drie uur over gedaan met in het donker navigeren. Dat vond ik wel heel ingewikkeld, maar ik heb het toch gehaald.

Het ging vandaag gewoon niet, als ik dan een beetje ga nadenken over ziekenhuizen en dat soort dingen, dan moet ik gewoon gelijk stoppen, dan komt het gewoon niet goed. Er zijn al veel te veel mensen geblesseerd geraakt, met zware blessures op hoge snelheden. Ik ben er zelf vandaag ook een paar keer goed afgegaan. Ik denk, dat gaan we niet doen.

Iedereen was me vanuit thuis aan het zoeken, maar ik zat in de woestijn en had geen bereik met mijn telefoon. Ik kon niet bellen, niks, tot de helikopter kwam. Die heeft mij op een plaats afgezet waar ook geen bereik was, bij het Saudische leger. Een generaal kwam kijken wat we aan het doen waren, leuke vent, toen hebben ze mij hier naartoe gebracht. Ik ga vanaf hier nu sowieso mee naar Riyadh, dan eens zien hoe ik naar huis kan komen en dan maandag weer gewoon aan het werk.

Ik sta hier, wel met een dubbel gevoel. Ik had natuurlijk de finish wel willen halen, want daar ging ik voor, alleen gezien de voorbereiding na 14 november was het eigenlijk Mission Impossible. Maar, ik heb het geprobeerd, dat vind ik wel knap van mezelf en daar ben ik ook heel blij mee. Ik ben hier geweest, ik heb er zeker geen spijt van dat ik hier ben, ik vond het hartstikke leuk, maar misschien één tandje minder dan vorig jaar in Peru.”

Vorige bericht

Van Kasteren tevreden, Versteijnen revancheert zich

De vijfde etappe van de Dakar 2020 was lang geen onaardige dag voor Petronas Team De Rooy Iveco. Vick Versteijnen revancheerde zich uitstekend met een zesde tijd en was daarmee de beste Nederlander. Zijn tijd telt alleen niet mee, omdat hij buiten competitie in het Experience-klassement rijdt. Wat wel meetelt is de tiende plaats voor Janus van Kasteren, die daarmee opklom naar de zesde plaats in de algemene rangschikking. Van Kasteren had geen vlekkeloze dag, maar was toch tevreden. In de 353 km lange wedstrijdproef van Al-‘Ula naar Ha’il moesten hij en zijn bemanning drie keer uit de cabine. Dat kostte tijd, zodat de #505 Iveco op uiteindelijk 45.30 van dagwinnaar Dmitry Sotnikov aan de finish kwamen. Het eerste probleem was een kapotte schokbreker. “Dat moet gewisseld worden, anders maakt ie de rembooster kapot”, legde Van Kasteren uit. “Maar het wisselen van een schokbreker kost zeker evenveel tijd als een band wisselen.” Het volgende probleem was dat de motorkap van de Powerstar los raakte, waardoor die tegen de voorruit sloeg. “Dan zie je niks meer, dus dat hebben we vastgezet met spanbanden. Maar de kap was aan de voorkant afgebroken en bij de cabine zit het vast met elastieken, dus dat kwam weer los. Toen hebben we de kap er maar afgehaald en aan de kant gelegd, goed in het zicht in de hoop dat iemand ‘m meeneemt – Michiel Becx of de bezemwagen.” Met drie keer uit de cabine verloor Van Kasteren dus tijd, maar verder ging het goed. De Veldhovenaar was zeer te spreken over het vermogen en het koppel van de Iveco in het zware zand in het tweede deel van de etappe. “Ze hadden gezegd dat er duinen zouden zijn, maar die heb ik eerlijk gezegd niet gezien. Het was eerder een zware tankbaan, met lange klimmen in zwaar zand. Daar zijn de Kamazzen goed in, maar de Iveco ook. Ik heb Martin van den Brink twee keer ingehaald in dat terrein.” Tegen de drie Kamaz-trucks vooraan was niet op te boksen. Daar heeft Van Kasteren zich bij neergelegd. In het klassement staan er echter nog maar twee vooraan. Sotnikov had in de eerste dagen al problemen, vandaag stond Nikolaev stil op de proef. “Viazovich met de MAZ is ook snel, dus laten we er realistisch gezien vanuit gaan dat het om plaats 4 gaat nu. Dat gaat tussen mij, Loprais en Macik. We zijn nog niet halverwege, er komt nog een boel zand aan. Alles is nog mogelijk.” Van Kasteren kan daarbij rekenen op de ruggensteun van Albert Llovera, Vick Versteijnen en Michiel Becx. Omdat Versteijnen in de Experience-klasse rijdt nu, start hij morgen als zestiende, ondanks zijn zesde plaats van vandaag. Met die tijd was Versteijnen dolblij. “Vanaf 16 starten is toch een stuk beter dan van helemaal achteraan, zoals vandaag”, zei hij. Versteijnen is sowieso blij dat hij nog een kans heeft om er wat van te maken. Helemaal als het een dag is als vandaag. “Een probleemloze dag. In het begin reden we in een gordijn van stof en daarin moesten we rotsblokken ontwijken en auto’s, buggy’s en quads inhalen voordat we bij de trucks kwamen, waar we er ook nog een stuk of acht van hebben ingehaald.” Het tweede deel van de proef – zand – vond Versteijnen prachtig. “De sfeer in de auto is goed, we hebben lekker gereden vandaag en dan is de zesde plaats een enorme opsteker na de ellende van gisteren. Ik hoop dat het morgen weer zo gaat. Het schijnt een pittige etappe te worden. Ik ben benieuwd.” Michiel Becx hoefde niet in actie te komen wat betreft assistentie onderweg en kon dus gewoon zijn eigen wedstrijd rijden. “Het was een buitengewone dag: geen trammelant, gewoon lekker kunnen rijden, dik tevreden met de twintigste tijd.” Becx maakte voor het eerst met de Iveco Trakker kennis met de duinen. “Het was goed materiaal om te wennen. Ik heb goed vertrouwen kunnen opbouwen met de truck. Het is een knoest van een auto. Altijd wakker.”    
 
Lees verder